Vroege middeleeuwen | Plaats van de Witte Kerk | Herkomst van de naam Heiloo
Pas vanaf de 8e eeuw zijn er weer concrete sporen van bewoning in Heiloo gedocumenteerd. Vooral in het zuidelijke gedeelte van Heiloo zijn vroegmiddeleeuwse vondsten gedaan. In dit deel van Heiloo heeft de voormalige ambacht Oesdom gelegen. Tot nu toe lijkt het erop dat in het zuiden sprake is van een continue bewoning tussen de prehistorie en de Vroege Middeleeuwen. Dit is niet geval voor het deel rondom de Witte Kerk. Terwijl je juist hier vroegmiddeleeuwse sporen zou verwachten.
Volgens de legende van de heilige Willibrord heeft de christenprediker in eigen persoon het christendom naar Heiloo gebracht. Willibrord stampte met zijn predikantenstaf op de grond en er borrelde water op voor zijn dorstige volgelingen. Er zijn variaties op het thema, zoals de plek waar Willibrord het wonder verrichtte. Algemeen wordt aangenomen dat de plek waar Willibrord de bron heeft laten ontspringen overeenkomt met de huidige Willibrordus-put. Concrete bewijzen ontbreken echter. Ook de opgravingen op het Raadhuisplein hebben geen vondsten opgeleverd die ouder zijn dan de achtste eeuw. De opgraving aan de Kennemerstraatweg (schuin tegenover het Raadhuis) heeft evenmin vroegmiddeleeuwse vondsten of sporen aan het licht gebracht.
Tijdens een opgraving in de Witte Kerk zijn ooit paalgaten van een houten gebouwtje ontdekt. Deze paalgaten zijn gedateerd omstreeks 720 na Chr. Dit zijn de oudste aantoonbare sporen van bewoning op de plek van de huidige Witte Kerk. Toch is deze plek verkozen voor de stichting van een kerk. Wat is hier de reden voor geweest? Waarschijnlijk is deze plek een opvallend landschappelijk verschijnsel geweest.
Tijdens de opgraving van de Willibrordus-put in de vorige eeuw, werd duidelijk dat de kerk op een duin staat en niet op een menselijk opgehoogd stuk grond, een terp. Terpen vindt men op plaatsen die bedreigd worden door overstromingen. Zo zijn er rondom Schagen talrijke middeleeuwse terpen gekarteerd. Op deze plaats in Heiloo, op de hoge delen van de strandwal, zou het bouwen van een terp overbodig zijn geweest. Plus dat er geen vroegmiddeleeuwse ophogingslagen in de coupes van de opgravingen zijn vastgesteld, wel veel stuifzandlagen. Bovendien is vanaf de late Middeleeuwen ook ophoging gerealiseerd door het gebruik van het kerkhof en daarmee het opbrengen van grond.Het is goed mogelijk dat de plaats in de prehistorie al een betekenis voor de aanwezige bevolking heeft gehad. Dit is vele malen geopperd. Een gebouw is archeologisch niet aangetoond voor de prehistorie. Te denken valt eerder aan een heilige boom of, een heilige bron.
De herkomst van de naam Heiloo
In deze samenhang is de betekenis van de naam Heiloo belangrijk. Voor het eerst wordt Heiloo genoemd in 980 als Heilichloe. Er zijn diverse verklaringen, waarvan er hier twee worden genoemd. De eerste is Heilig bos. Een andere verklaring is Heilige hoogte.
Met uitzondering van de mogelijke betekenis van de naam zijn er geen aanwijzingen dat hier ooit een heilig bos heeft gestaan. Het bos tussen Heiloo en Alkmaar is van jongere datum. Bovendien blijkt uit pollenanalyse dat de strandwal vanaf de Bronstijd vrijwel onbebost is geweest. Daarentegen kan de betekenis “Heilige hoogte” wel betrekking hebben op de plaats van de Witte Kerk. Hier is archeologisch aangetoond dat de kerk inderdaad op een natuurlijke hoogte is gelegen. In elk geval komt het eerste woordje, namelijk heilig, in alle verklaringen terug.
De ligging op de strandwal